Prinses Cecilia gedoopt

De doopplechtigheid vond plaats in de doopkapel van de kathedraal van Piacenza in Italië. De doop werd voltrokken door de bisschop van Piacenza, Mgr. Gianni Ambrosio. Prins Carlos en prinses Annemarie de Bourbon de Parme zijn hertog en hertogin van Parma en Piacenza en hebben ervoor gekozen om hun tweede kind te laten dopen in een plek die voor hen historische en symbolische waarde heeft. De doopdienst werd opgeluisterd door het koor van de Universiteit van Parma met o.a. het werk “Verleih uhns Frieden” van F. Mendelssohn Bartholdy. Prinses Cecilia heeft vijf peetouders. De drie mensen naar wie ze is vernoemd zijn tevens haar peetouders: haar oudtantes prinses Beatrix en prinses Cecilia de Bourbon de Parme en haar grootvader Johan Gualthérie van Weezel. Daarnaast heeft zij nog twee peetmoeders, haar tante prinses Margarita de Bourbon de Parme en een nicht van haar moeder; Véronique Kakebeeke-Gualthérie van Weezel. Alle peetouders spraken tijdens de doop een wens voor haar uit. De jurk waarin de prinses gedoopt is, is dezelfde als waarin haar zusje Prinses Luisa Irene, haar moeder en grootmoeder gedoopt zijn. De doopjurk dateert uit de 19e eeuw. De betovergrootvader van Prinses Annemarie, dr. J. Th. de Visser (Utrecht, 1857), minister van Onderwijs en minister van Staat, werd er ook in gedoopt.