Dit onthult Mark Rutte over zijn gesprekken met Willem-Alexander
De wekelijkse geheime gesprekken die minister-president Mark Rutte "in principe" elke maandag heeft met koning Willem-Alexander zijn bijzonder nuttig. Dat zei de premier dinsdag tijdens het kindervragenuur in de Tweede Kamer.
Tijdens de gesprekken over "hoe het koninkrijk erbij ligt", vertelt Willem-Alexander over wat hij ziet in Nederland. "Want hij is veel op pad en ziet veel", aldus Rutte, die de vraag kreeg hoe vaak hij Willem-Alexander ziet. "De koning weet ook veel, ziet veel en daar kan ik van leren. We bespreken hoe het gaat met Nederland, het is heel goed dat we dat doen."
Rutte legde de kinderen uit groep 7 en 8 ook uit wie nou eigenlijk de baas is in Nederland. "De baas dat zijn de kiezers", was de premier stellig. "Het kabinet bestuurt Nederland nationaal, onder toezicht van de Tweede Kamer. De koning heeft geen echte macht als in dat hij dingen zomaar kan doen. Dat was vroeger wel zo, maar de macht van de koning is naar het kabinet gegaan. De koning is wel heel belangrijk gebleven, hij is een symbool van eenheid van ons allemaal."
Kosten
Volgens Rutte weten "mensen die boos worden op ons dat er altijd nog iemand is die zorgt dat we samen iets zijn". "Dat is de koning." Als er in Nederland "iets ergs" gebeurt, kan Willem-Alexander "nog meer dan ik zeggen: wat vreselijk".
Als uitsmijter kreeg Rutte een pittige vraag voor zijn kiezen: wat kost een paleis? De premier, die duidelijk even naar woorden moest zoeken, legde uit dat Nederland "een paar paleizen" beschikbaar stelt aan de koning. "Hij moet er één in Amsterdam hebben, en er zijn er twee in Den Haag. Die zijn niet van hem, die zijn van de overheid van Nederland, van de staat. Die geven we in bruikleen."
Rutte vertelde dat het onderhoud van de paleizen en een restauratie zoals die van Paleis Huis ten Bosch "veel geld" kosten. "Maar wat een paleis waard is, zou ik niet weten. Als je het op de markt zou brengen, bij een makelaar... ik zou het niet weten. Wel een interessante vraag trouwens."
Bron: ANP