Voorbereidingen bijzondere Prinsjesdag in volle gang
Aan Prinsjesdag is sinds mensenheugenis de feestelijke optocht met rijtuigen, koetsen en paarden verbonden. Dinsdag echter ontbreekt voor het eerst sinds 1974 het hoefgetrappel door de straten van de Hofstad terwijl koning Willem-Alexander met een gewone hofauto van Paleis Noordeinde naar de Grote Kerk rijdt.
De Staten-Generaal komen dit jaar samen in de Grote Kerk omdat het in de Ridderzaal niet mogelijk is aan alle coronamaatregelen te voldoen. Het is dinsdag voor het eerst sinds 1911 dat de Troonrede niet wordt voorgelezen in de Ridderzaal.
In de Grote Kerk werd afgelopen vrijdag al met man en macht gewerkt om alles gereed te maken voor Prinsjesdag. De tronen van koning Willem-Alexander en koningin Máxima zijn zaterdagochtend vanuit de Ridderzaal naar de Grote Kerk vervoerd.
'Leve de koning'
Vanwege de coronacrisis is Prinsjesdag versoberd. Koning Willem-Alexander zal de Troonrede in de Grote Kerk voorlezen. De voorzitter van de Eerste Kamer, Jan Anthonie Bruijn, zal na het uitspreken van de Troonrede 'Leve de koning! Hoera, hoera, hoera!' uitspreken. De coronaregels verbieden immers spreekkoren en daarom mogen de overige aanwezigen bij de Verenigde vergadering van de Staten-Generaal niet meedoen. Bruijn vertelde dat in een vooruitblik op de bijeenkomst.
Normaal gesproken roept de voorzitter van de Senaat, die in die hoedanigheid de samenkomst van beide Kamers leidt, meteen wanneer koning Willem-Alexander klaar is met spreken luidkeels 'Leve de koning!', waarna koningin Máxima, regering, parlement en genodigden invallen met het driewerf hoera. "Nu doe ik het allemaal zelf, en zonder te roepen", aldus Bruijn.
Het gebruik stamt uit 1897. Toen riep het langstzittende lid van het parlement spontaan 'Leve de koningin' te ere van de in de Ridderzaal aanwezige koningin Wilhelmina. Die was op dat moment zeventien jaar oud en was een jaar voor haar inhuldiging meegekomen met haar moeder koningin-regentes Emma. Met de toejuiching dat jaar was een nieuwe traditie geboren, waarbij de senaatsvoorzitter die rol pas in 1946 op zich nam.
De Oranjes en de kerk
De Grote Kerk is geen onbekend terrein voor koning Willem-Alexander en koningin Máxima. Het paar kent de kerk van de doop van hun oudste dochter prinses Amalia in 2004. De koning werd er zelf ook gedoopt, op 2 september 1967, evenals zijn moeder prinses Beatrix in 1938.
Prins Constantijn en prinses Laurentien, die dinsdag net als afgelopen jaren bij Prinsjesdag aanwezig zullen zijn, hebben eveneens een bijzondere band met de Grote Kerk. In mei 2001 gaven de twee elkaar het jawoord in de Haagse kerk. Zijn tante prinses Margriet en en oom Pieter van Vollenhoven gingen hem in 1967 voor.
Ook koningin Juliana en prins Bernhard (1937) en koningin Wilhelmina en prins Hendrik (1901) deden hun trouwbelofte in de Grote- of Sint Jacobskerk.
Bron: ANP